Wanneer het moeilijk gaat

Soms doet het leven pijn. Als christenen ontkomen we daar niet aan. Ook Kortjakje ziet dat onder ogen. Precies zoals wij ook twee weken geleden al meldden: zij houdt van eerlijke preken.

Uit het leven gegrepen

De spreker van afgelopen zondag kon er niet omheen. De afgelopen tijd was niet makkelijk. Gelukkig vond hij in die oude, vertrouwde liedbundel die in het hart van onze Bijbel is opgenomen, eerlijke woorden. Woorden die aansluiten bij hoe het leven van een gelovige soms kan zijn. De psalmdichters draaien er niet omheen. Vaak gaat het ongelovige mensen bijzonder voor de wind. Zodanig dat je als gelovige soms denkt dat je beter af bent als je niet gelooft. Dit overkwam lang geleden ook Asaf, de dichter van psalm 73. De spreker las deze psalm uit de Bijbel in gewone taal. En die begint zo:

 

Slechte mensen lijken gelukkig
God is goed voor Israël,
voor de mensen die hem trouw zijn.
2Toch was ik bijna bij hem weggegaan.
Bijna ging het mis met mij.
3Want ik was jaloers op slechte mensen.
Steeds zag ik hoe gelukkig zij zijn.
4Ze zijn nooit ziek,
ze zien er altijd gezond uit.
5Ze hebben geen zorgen en geen pijn,
ze lijden niet, zoals andere mensen.

Wat mij opviel was dat Asaf – hoewel hij duidelijke geloofstwijfels uit – toch begint met te zeggen dat ‘God goed [is] voor Israël, voor de mensen die hem trouw zijn’. Maar dan zegt hij toch ook eerlijk dat hij jaloers was op slechte mensen. Nou, als dat Asaf en de spreker kan overkomen, dan kan het ook óns wel eens overkomen, toch? Eerlijk! En wanneer je zo om je heen kijkt, kan je blik soms een beetje vertroebeld raken. Want Asaf overdrijft wel een beetje. Zijn slechte mensen ‘nooit ziek’? Nooit? Hebben zij ‘geen zorgen en geen pijn’?

Nou het is wel duidelijk dat je soms zo kunt kijken en denken. Maar dan is het goed om ook even naar bóven te kijken. En dat doet Asaf in vers 17. Hij gaat Gods heiligdom, de tempel binnen. Als hij God ontmoet, krijgt hij helder zicht op de dingen!

Niets belangrijker te wensen…

We lazen ook delen uit psalm 107. De spreker onderscheidde daarin vier groepen:

  1. Een groep die geen rust vond. Er is honger naar meer, en men ervaart geen geborgenheid (vs.4-5);
  2. Een groep die in het donker ronddwaalt, doordat men rebelleerde tegen God (vs.10-12);
  3. Een groep die onder de eigen zonden gebukt ging en zich daardoor zo beroerd voelde dat men niet kon eten (vs.17-18);
  4. Een groep die blijkbaar niets verkeerds doet, maar toch – van buitenaf – in problemen komt (vs.23-27).

Wat hierover in de preek werd opgemerkt, moet je zelf maar even terugluisteren.

De preek sloot af met psalm 73:25b, misschien wel het belangrijkste zinnetje van Asaf: ‘Nevens U begeer ik niets op aarde’ (NBG’51).

Blessings,
Kortjakje