Yom ha-Bikkurim

Kortjakje heeft zich even moeten laten bijpraten, voordat zij de kop boven deze blog kon plaatsen. ‘Yom’, soms ook wel gespeld als ‘Jom’. En ‘ha-Bikkurim’, soms ook wel gespeld als ‘HaBikurriem’ of ‘HaBikoerem’. Als je even googelt weet je dat het Hebreeuws is en zoiets als Dag van de eerstelingen betekent.

Hij is WAARLIJK opgestaan

Of je Heer nu met vier of met vijf letters schrijft (met allemaal hoofdletters, met één hoofdletter of met geen hoofdletters), één ding werd afgelopen zondag wel duidelijk: De Heer is WAARLIJK opgestaan! Ja, zo werd ik bij binnenkomst in het gebouw ook al begroet. Mooi! En dat heb ik als thema boven mijn preekaantekeningen gezet. We lazen 1 Korintiërs 15:1-6, 12, 19-23. Daar schrijft Paulus over zeker 251 mensen die op moment van schrijven nog in leven waren en die Jezus in levenden lijve hebben gezien, nadat Hij gekruisigd was. Hij móet dus wel zijn opgestaan!

Voor de boodschap van het evangelie dat Paulus verkondigde was dit een doorslaggevend feit. In de verzen 17 en 19 kun je lezen: ‘En als Christus niet is opgewekt, is uw geloof zinloos; u bent dan nog in uw zonden (…) Als wij alleen voor dit leven op Christus onze hoop gevestigd hebben, zijn wij de meest beklagenswaardige van alle mensen.’

Jezus ging ons voor

Dat Jezus is opgestaan, is dus ook voor ons van de allergrootste betekenis. Niet alleen voor ons leven hier en nu, maar ook voor de eeuwigheid. Jezus wordt in vs.20 de ‘Eersteling’ genoemd. De spreker gaf aan dat dit terugverwijst naar Leviticus 23. Daar worden zeven feesten beschreven, die het volk Israël moest vieren, en het feest van de Eerstelingen was één daarvan.

En toen noemde de spreker Pesach. Dit kon ik nog plaatsen. En het feest van de ongezuurde broden. Dat heeft met het ontbreken van gist te maken, dacht ik nog te weten. En toen kwam het er iets van ‘joom habi…’.

“De dag van de eerstelingen”, zo ging de spreker verder. Maar hoe moest ik dat ‘joom habi…’ nu in mijn prekenschriftje opschrijven? Ik wilde opstaan en de spreker vragen: “Wilt u het misschien even spellen?” Maar dat schijnt niet zo gebruikelijk te zijn in de samenkomst.

Ik heb het dus maar later aan mijn opa gevraagd. En die vertelde dat het ‘Yom ha-Bikkurim’ is. En via Google kwam ik te weten dat je dit ook nog op zes of zeven andere manieren kan spellen.

“Maar heb je ook onthouden waar het om ging?”, vroeg opa een beetje streng. Nou, dat is dus mijn probleem. Als ik ergens door getriggerd word, blijven mijn gedachten vaak hangen. Gelukkig hielp opa ze weer even op te frissen: het ging erom dat Jezus de eerste was, de Eersteling. En dat er dus nog velen zouden volgen: jij en ik bijvoorbeeld! Kijk, daar word ik nou blij van. Pasen – opstanding!

Geven

Maar de spreker haalde dat feest van de eerstelingen natuurlijk niet voor niets aan. Want hij vertelde er ook bij – zei opa – dat dit het feest was van de eerste oogst. De eerste schoof van de geoogste gerst (e.d.) werd dan als een offer bij de priester gebracht. Een mooie les voor ons. Even in mijn woorden: Gooi niet je laatste muntstukjes in de collectezak; de muntjes die nog over zijn van het stappen de vorige avond. Maar zet meteen als je je zakgeld, loon of salaris hebt gekregen, dat deel apart dat je aan God wilt geven. En gééf het. “Laat God niet de sluitpost op je begroting worden”, zei de spreker.

Kijk, zo word je toch nog wijzer van die moeilijke woorden.

Blessings,
Kortjakje